Met de cliënt-medewerkerrelaties kun je aangegeven worden welke cliënten welke medewerkers kennen. Verschillende functionaliteit is afhankelijk van deze relaties.
De cliënt-medewerkerrelatie is slechts een specifiek relatietype. De relatietypes zijn configureerbaar.
Bij de cliënt kan je medewerkers als relaties aanmerken. Door deze aan te merken weten de applicaties dat de cliënt en medewerker elkaar kennen.
Voor de medewerker-cliëntrelatie bestaan verschillende soorten relatietypen met ieder hun eigen werking:
Primair: in de applicatie krijgt deze extra nadruk. Een primaire medewerkerrelatie wordt ook getoond in het Medisch overzicht.
Uniek: zodra een nieuwe relatie van dit type bij de cliënt wordt toegevoegd, vervangt deze automatisch de voorgaande relatie van hetzelfde type. In het geval het relatietype primair is, is deze optie automatisch ingeschakeld.
Relevant: een relatie van dit type wordt in het medisch overzicht op de voorpagina getoond.
Ongewenste relatie: een ongewenste relatie wordt gebruikt in Ons Planning. Er zal een signalering ontstaan als een medewerker wordt ingeroosterd op een dienst/route waar de cliënt zit
Juridische verantwoordelijkheid: deze geeft aan of de medewerker juridisch verantwoordelijk is voor de cliënt.
BOPZ verantwoordelijke: deze geeft aan of de medewerker BOPZ-verantwoordelijke is voor de cliënt.
Op basis van de cliënt-medewerkerrelatie kunnen in Ons Planning signaleringen ontstaan. Het volgende is van toepassing:
Positieve relatie: indien er meer dan 5 bekende medewerkers bij de cliënt als positieve relatie zijn gekenmerkt, en er wordt een andere medewerker bij de cliënt ingepland, zal hierop ook een signalering in de planning ontstaan.
Primaire relatie: een primaire relatie is altijd een positieve relatie. In Ons Planning is via het
middels een sterretje te zien of de primaire relatie is ingepland.Negatieve relatie: indien een negatieve relatie bij de cliënt wordt ingepland, dan zal hierop een signalering in de planning ontstaan.